Rob de Nijs (82) is overleden. Dat heeft MediaLane, de producent van de musical Malle Babbe, maandagmiddag bekendgemaakt. Rob overleed zondag in zijn huis in Bennekom in het bijzijn van zijn dierbaren. Ter nagedachtenis aan Rob hebben we zijn 10 grootste hits hieronder op een rij gezet. Lieve Rob, bedankt voor je muziek!
1. Banger Hart (1996)
In september 1996 was het voorpaginanieuws. Rob De Nijs scoorde op 53-jarige leeftijd met Banger Hart zijn eerste nummer 1-hit in de Top 40. Dat was bijna dertig jaar na de binnenkomst van Anna Paulowna, zijn eerste liedje dat de Top 40 bereikte. Eigenlijk is Robs prestatie zelfs nog knapper, want 3½ jaar eerder scoorde hij al hits met Voor Sonja Doe Ik Alles en Ritme Van De Regen, maar in 1963 bestond de Top 40 nog niet. Rob heeft feitelijk dus zelfs 33 jaar moeten wachten op zijn eerste nummer 1-hit. De songtekst van Banger Hart werd geschreven door Belinda Meuldijk, met wie Rob tussen 1984 en 2006 getrouwd was. Na hun scheiding bleef Belinda nummers voor hem schrijven. De muziek werd geschreven door Ellert Driessen, die in de jaren 80 bekend werd als de toetsenist van Spargo. In november 1996, terwijl Banger Hart nog in de top 10 stond, startte RTL 4 met de nieuwe latenightshow Heb ik Dat?, gepresenteerd door Marc Klein Essink. Als tune voor dit programma zong Rob De Nijs speciaal een nieuwe versie van zijn grote hit in, waar op de plek van de titel de tekst "Heb ik dat" werd gezongen.
2. Dag Zuster Ursula (1973)
Rob De Nijs heeft zichzelf tijdens zijn carrière een paar keer opnieuw uitgevonden. Eind jaren 60 wilde het met zijn muzikale carrière niet vlotten, waarna hij zich ging focussen op acteren. Zo speelde hij rollen in de kinderseries Oebele en Kunt U Mijn De Weg Naar Hamelen Vertellen, Mijnheer? Voor zijn comeback in 1973 werd hij gekoppeld aan Lennaert Nijgh en Boudewijn De Groot. Zij namen met hem het album In De Uren Van De Middag op. De eerste single Jan Klaassen De Trompetter werd een bescheiden hitje en zou pas later uitgroeien tot klassieker. De tweede single Dag Zuster Ursula was een schot in de roos. Het werd op 20 oktober 1973 de eerste top 3-hit voor Rob. Lennaert Nijgh haalde zijn inspiratie voor dit nummer uit het kinderboek Reizen En Avonturen Van Mijnheer Prikkebeen van J.J.A. Goeverneur uit 1858. In dat boek wil Mijnheer Prikkebeen op reis gaan naar Amerika. Zijn zuster Ursula, met wie hij samenwoont, wil hem echter niet laten gaan. Eerder baseerde Lennaert Nijgh de hit Prikkebeen van Boudewijn De Groot en Elly Nieman ook al op de hoofdpersoon uit dit boek.
3. Alles Wat Ademt (1985)
De tekstregel 'Laat alles wat ademt in vrede bestaan' werd ook bedacht door Lennaert Nijgh. Net zoals Bob Dylan weleens deed, vond Lennaert zijn inspiratie in de Bijbel. Om precies te zijn in de zesde vers van Psalm 150: "Alles wat adem heeft, loof de Heer". De woorden 'alles wat ademt' doken later ook op in verschillende christelijke gedichten, maar zijn sinds 1985 onlosmakelijk verbonden met Rob De Nijs. De rest van de tekst van Alles Wat Ademt werd geschreven door Belinda Meuldijk en de muziek is van Gerard Stellaard, zijn toenmalige producer. Het stuk - Rob De Nijs duidde zijn nummers bij voorkeur aan met de term 'stukken' - viel op doordat het einde in het Russisch en het Engels werd gezongen. Daarmee gaf deze vredesboodschap een mooi tijdsbeeld van de Koude Oorlog. Bijna werd Alles Wat Ademt de eerste nummer 1-hit voor Rob. Het stuk werd in januari 1986 echter van de eerste plaats gehouden door een ander nummer dat de Koude Oorlog mooi verbeeldde: Nikita van Elton John. Onder de titels Let Love Be The Answer en Sans Guerre Et Sans Soldats verscheen ook een Engelstalige en een Franstalige versie van Alles Wat Ademt, maar deze singles leidden niet tot de gehoopte internationale doorbraak voor Rob. Helaas is het onderwerp van dit stuk tegenwoordig weer erg actueel.
4. Malle Babbe (1975)
De bekendste meezinger van Rob De Nijs is ongetwijfeld Malle Babbe, net als Dag Zuster Ursula een compositie van Boudewijn De Groot en Lennaert Nijgh. Voor de tekst baseerde Lennaert zich op het schilderij Zigeunermeisje van Frans Hals, waarop een lachende jonge vrouw met een diep decolleté staat afgebeeld. Hij dacht dat dat schilderij Malle Babbe heette, maar dat betreft een ander schilderij van Frans Hals met een lachende vrouw. Met dit lied over een prostituee kaartte hij de schijnheiligheid van haar gelovige klanten aan. Rob De Nijs was niet de eerste die dit nummer opnam. Vijf jaar eerder, in 1970, werd het al eens op single uitgebracht door Adèle Bloemendaal. Zij zong het lied in de ik-vorm, maar haar uitvoering klonk minder commercieel en werd geen hit. Robs versie van Malle Babbe verscheen in 1973 op het album In De Uren Van De Middag, maar voor de single uit 1975 werd een nieuwe versie opgenomen met een ander arrangement en een licht aangepaste tekst. De expliciete tekst "Hoe vaak heb jij zo'n kop, bezopen, stom en geil, niet aan je borst gedrukt, je lijf nat van z'n kwijl" zat niet in de hitversie, maar deze oorspronkelijke versie zou hij daarna altijd blijven zingen, waardoor deze beter in het collectieve geheugen ligt. Vorige maand ging in Amsterdam een musical in première over het leven en werk van Rob De Nijs. Deze musical werd genoemd naar Robs klassieker Malle Babbe.
5. Het Werd Zomer (1977)
Malle Babbe werd in 1976 in het Duits opgenomen door Rex Gildo. Zijn cover Marie Babbekorn is te vinden op zijn album Der Letzte Sirtaki. Andersom nam Rob ook ooit stukken op die covers waren van Duitstalige hits. Het bekendste voorbeeld daarvan is Het Werd Zomer, het openingsstuk van zijn album Tussen Zomer En Winter. Deze compositie had zich eind 1976 al bewezen in de Duitse hitparade als Und Es War Sommer van Peter Maffay, wat daar zijn eerste top 5-hit was sinds Du Bist Anders uit 1970. Het stuk gaat over de eerste seksuele ervaring van een puber met een volwassen vrouw. In de Duitse versie was het leeftijdsverschil ('Ich war 16 und sie 31') overigens drie jaar groter dan bij Rob De Nijs ('Ik was 16 en jij was 28'). Beide nummers zijn schatplichtig aan de hit Summer (The First Time) van Bobby Goldsboro uit 1973. Dat nummer heeft een andere melodie, maar het onderwerp is hetzelfde. Het bevat bovendien dezelfde tekstkenmerken. Regels als 'Was a hot afternoon, the last day of June', 'She was 31 and I was 17' en 'We sat on the sand and the boy took her hand, but I saw the sun rise as a man' doen sterk denken aan gelijkaardige regels in de songtekst van Het Werd Zomer. De Nederlandse vertaling is van de hand van Joost Nuissl.
6. Zet Een Kaars Voor Je Raam Vannacht (1976)
Op vrijdag 21 april 2023 werd bekend dat Rob De Nijs de dag ervoor met ademhalingsproblemen in het ziekenhuis was opgenomen. De toestand werd omschreven als zorgelijk en het Nederlandse publiek reageerde geschokt. "Het zou mooi zijn als de mensen die van hem hebben genoten nu of vanavond een kaarsje voor hem willen branden," liet zijn echtgenote Jet via de media weten. Daar werd massaal gehoor aan gegeven op sociale media. Veel mensen refereerden daarbij ook aan de hit Zet Een Kaars Voor Je Raam uit 1976. Dit stuk werd door Lennaert Nijgh vertaald uit het Engels. Zet Een Kaars Voor Je Raam is namelijk een hertaling van Can I Get There By Candlelight, waarmee de Noord-Ierse singer-songwriter David McWilliams in 1968 de 18e plaats haalde in de Top 40. De uitvoering van Rob De Nijs bereikte 7½ jaar later de 13e plaats en werd daarmee een grotere hit dan het origineel. Het stuk werd geproduceerd door Will Hoebee, en niet door Boudewijn De Groot, die de laatste twee albums van Rob geproduceerd had. Boudewijn voelde zich hierdoor aan de kant gezet en heeft daarna jarenlang niet meer met Rob samengewerkt. Verzekeraars waren overigens niet zo blij met deze hit. Doordat veel mensen daadwerkelijk kaarsen voor hun raam gingen zetten, ontstonden namelijk woningbranden door gordijnen die vlam vatten.
7. Zo Zal Het Zijn (1998)
Op 26 december 1998, de dag waarop hij 56 jaar werd, scoorde Rob De Nijs zijn 16e en laatste Top 40-hit. Dat deed hij met Zo Zal Het Zijn van zijn album Over Leven. Net als zijn grootste hit Banger Hart werd dit nummer geschreven door Belinda Meuldijk en Ellert Driessen. In dit stuk richt Rob zich tot een overleden dierbare en bezingt hij het vredige hiernamaals waar die heen gaat. Zo Zal Het Zijn is een veel aangevraagd nummer voor uitvaarten en staat dan ook altijd hoog genoteerd in lijstjes van meeste gedraaide nummers op uitvaarten, die jaarlijks door uitvaartverzekeringen worden gepubliceerd. Met dit stuk sloot Rob een Top 40-carrière van 32 jaar af. In december 1966 stond hij namelijk voor het eerst in de Top 40 met het hitje Anna Paulowna. Zijn eigenlijke hitcarrière is natuurlijk nog iets langer, want in 1963 had hij al succes met zijn doorbraak hit Ritme Van De Regen, maar op dat moment bestond de Top 40 nog niet. Er is slechts een handjevol Nederlandse zangers met een langere Top 40-carrière. Bekende voorbeelden zijn Ramses Shaffy, André Van Duin en René Froger. Na zijn laatste hit haalde hij nog twee keer de Tipparade, bracht hij nog 9 studioalbums uit, won hij zijn vierde, vijfde en zesde Edison en werd hij geridderd in de Orde van de Nederlandse Leeuw. In juni 2022 zette de 79-jarige Rob een punt achter zijn carrière met een emotioneel afscheidsconcert in de Ziggo Dome.
8. Dat Is Alles (1981)
In tegenstelling tot de zeven bovenstaande hits hoor je Dat Is Alles de laatste jaren niet zo vaak meer. Het nummer was de tweede single van het album De Regen Voorbij. De eerste single Zonder Jou groeide uit tot een grotere klassieker, maar was destijds een minder grote hit. Dat Is Alles werd geholpen door het feit dat het nummer werd uitgeroepen tot (Robs enige) Alarmschijf en dat de TROS op 23 oktober 1981 een televisiespecial over Rob De Nijs uitzond. Dat zal de verkoop van de single, die toen net uit was, ongetwijfeld gestimuleerd hebben. Dat Is Alles is Robs eerste Top 40-hit waarvan de tekst is geschreven door Belinda Meuldijk. De muziek is van de Duitse songwriter Hans Blum, die in 1977 onder de naam Henry Valtenino zelf de top 10 van de Duitse hitparade had gehaald met de noveltysingle Im Wagen Vor Mir. Rob De Nijs nam ook een Duitse versie van dit nummer op, maar Das Ist Alles werd geen hit bij onze oosterburen. Dat gebeurde evenmin bij Robs andere pogingen om in Duitsland door te breken met Schwester Ursula, Jan Klaassen Der Trompeter, Stell' Ein Licht In Die Nacht (Zet Een Kaars Voor Je Raam) en Freitag (Zondag). Hoewel Zondag ook tot de grote klassiekers van Rob De Nijs behoort, komt dit stuk net wat punten tekort voor een plek in deze top 10. Zondag stond precies even lang in de Top 40 als Dat Is Alles en beide nummers haalden de 25e plaats. Gesorteerd op punten eindigt Zondag echter op de 11e plaats in het overzicht van grootste Rob De Nijs-hits.
9. Mirella (1974)
Een andere vergeten hit uit het oeuvre van Rob De Nijs is Mirella. Dit nummer komt uit de tijd dat Rob samenwerkte met Boudewijn De Groot en Lennaert Nijgh en verscheen tussen de twee albums in die hij met hen maakte: In De Uren Van De Middag (1973) en Kijken Hoe Het Morgen Wordt (1975). Van dat laatste album werd slechts één single getrokken: Onweer. Dat stuk kwam echter nooit verder dan de Tipparade. Het countryachtige Mirella daarentegen werd wel een hit en bereikte in de zomer van 1974 de 26e plaats in de Top 40. De songtekst van Lennaert Nijgh gaat over een meisje dat moeilijk te krijgen is en valt vooral op door het woordgrapje 'Mirella is het einde, maar waar is het begin'. Hoewel het stuk tussen twee studioalbums in werd uitgebracht, was Mirella wel te vinden op Tina En 11 Andere Successen. Dit verzamelalbum van Rob was in 1974 in samenwerking met het meidenblad Tina uitgebracht. Later dook Mirella op als bonustrack op de cd-uitgave van Kijken Hoe Het Morgen Wordt en enkele jaren geleden als bonustrack op de digitale versie van In De Uren Van De Middag. Op dat laatste album staat overigens ook het nummer De Avond, dat in 1996 door Boudewijn De Groot zelf werd opgenomen en onder de titel Avond zou uitgroeien tot een Top 2000-klassieker.
10. Duet (Ik Hou Alleen Van Jou) (met Martine, 1989)
Rob De Nijs heeft tijdens zijn carrière verschillende duetten opgenomen. Hij zong onder meer samen met Trea Dobbs, Bonnie St. Claire en Patricia Paay. Slechts één van die duetten haalde de Top 40. Dat was het tweetalige stuk Duet (Ik Hou Alleen Van Jou), dat hij samen zong met de Welshe zangeres Martine. Zij was midden jaren 70 bekend geworden als een van drie zangeressen van Guys 'n' Dolls. Deze groep verhuisde rond 1980 naar Nederland, waarna die onder de hoede kwam van producer Gerard Stellaard. Hij was op dat moment ook de producer van Rob De Nijs en maakte met hem het succesvolle album Met Je Ogen Dicht. Rond 1981 trouwden Gerard Stellaard en Martine Howard met elkaar en stapte Martine uit Guys 'n' Dolls. Ze kreeg een rol als achtergrondzangeres op meerdere albums die Gerard met Rob De Nijs maakte. Zo was haar stem al te horen op de hitsingle Dat Is Alles (zie hierboven). In 1989 keerde Martine dankzij haar duet met Rob na jaren op de achtergrond weer eens in de spotlights. Afgezien van twee regels in Alles Wat Ademt is Duet (Ik Hou Alleen Van Jou) de enige Top 40-hit van Rob De Nijs waarop hij in het Engels zingt. Rob heeft wel enkele volledig Engelstalige singles uitgebracht, zoals Girls For Sale en de Neil Christian-cover That's Nice, maar die kwamen nooit verder dan de Tipparade.