Zeven jaar nadat de band RONDÉ doorbrak met het nummer Run, scoren ze nu de grootste hit uit hun carrière met de oorwurm Hard To Say Goodbye. Sterker nog: met 20 weken top 10 is het nu al de op twee na langst genoteerde Nederlandse top 10-hit aller tijden. We spraken leadzangeres Rikki Borgelt over het succes van de plaat en over wat RONDÉ nu te wachten staat.
“Niet waar, meen je dat?” is de reactie van Rikki op het nieuws dat Hard To Say Goodbye na The Business van Tiësto en Que Si Que No van Jody Bernal de derde Nederlandse hit is die 20 weken in de top 10 weet te staan. Het succes van de plaat is volgens de zangeres overweldigend, maar kwam ook weer niet volledig uit het niets. “We hadden in de studio wel meteen het gevoel dat alles ineens samenkwam. We schreven heel veel muziek tijdens de lockdowns en dit was echt een hele goeie dag. Het viel allemaal op zijn plek.” Hoewel succes in de hitlijsten nooit een doel op zich was, is het voor RONDÉ zeker een soort kers op de taart. “Het is gewoon heel leuk om succes te hebben met dat wat je het liefste doet. Muziek creëren is waar wij voor leven. Dus om zo gevierd te worden, is natuurlijk geweldig, maar ik zou niet zeggen dat dat het uitgangspunt is waarvoor wij muziek maken.”
Push/pull
Het verhaal achter Hard To Say Goodbye wordt heel mooi samengevat door de titel. Toch gaat de plaat verder dan de universele boodschap dat afscheid nemen niet altijd even makkelijk is. “Ik zat al een hele tijd met mijn verhaal dat ik wilde vertellen en wist niet helemaal op welke manier ik dat wilde doen. Ik zat zes jaar lang in een soort push/pull relatie en wilde daar eigenlijk maar geen afscheid van nemen. Als je gevoelens voor iemand hebt, is dat makkelijker gezegd dan gedaan. Uiteindelijk heb ik besloten voor mezelf te kiezen, maar van dat gevoel wil je af en daar helpt muziek schrijven zeker bij. Het kan echt therapeutisch werken om een persoonlijk liedje te schrijven.”
Experiment
Gevraagd naar het geheim van Hard To Say Goodbye, in vergelijking met al hun eerdere materiaal, heeft Rikki een duidelijk antwoord. “We houden van experimenteren; uit onze comfort zone stappen. Wat we tot voor kort wel altijd deden, was als band muziek schrijven zonder daar anderen bij te betrekken. Nu leek het ons interessant om schrijvers met nieuwe inzichten uit te nodigen, waardoor we misschien wat andere sounds konden uitproberen. Hard To Say Goodbye schreven we bijvoorbeeld samen met Yoshi Breen, een songwriter die we al goed kenden. Dit was eigenlijk een van de eerste liedjes die we op die manier schreven dus ik denk dat dat het verschil heeft gemaakt. Het samenbrengen van verschillende visies en werelden kan tot iets heel moois leiden.” Rikki beschrijft Hard To Say Goodbye als een ‘recht voor zijn raap’-song. “Het komt meteen bij mensen binnen en dat is misschien wat het onderscheidt van ons eerdere werk. Het voelde ook echt voor onszelf als een soort nieuw begin.”
Dromen en ambities
Wat duidelijk is na een gesprek met Rikki, is dat ze barst van de ambities. “Ik hoop dat ik nooit stop met dromen.” Aangezien RONDÉ Engelstalige muziek maakt en een sound heeft die zeker ook buiten Nederland kan werken, is een internationale doorbraak een van die dromen. “We zien al steeds vaker Engelstalige comments op social media en zijn laatst ook toegevoegd aan een grote Franse playlist. Die interesse vanuit het buitenland komt dus al langzaam steeds meer. We willen ook heel graag naar het buitenland, maar voor nu zijn we vooral even superblij dat het in Nederland zo goed gaat.”
Rikki solo?
De muzikale helden van Rikki lopen bijzonder uiteen. “Ik heb altijd veel ‘gouden ouden’ geluisterd. David Bowie vond ik geweldig, Prince, Fleetwood Mac. Mensen die per project een hele transformatie kunnen ondergaan. Muzikale kameleons. Ik vind nu bijvoorbeeld het nieuwe album van The Weeknd echt geweldig. Daarnaast vind ik drums heel belangrijk. Maar ik kan net zo goed de hele dag naar Jacques Brel luisteren.” Kort samengevat is Rikki fan van ‘conceptuele artiesten’. “Ik ben ook groot fan van mensen als Stromae, Christine & The Queens en Solange. Zij creëren echt een concept waar ze dan een heel album omheen maken. En niet alleen het album, maar ook het hele visuele plaatje. Het is ook echt mijn ambitie om ooit zoiets te maken.” Op de vraag of we Rikki ooit solo kunnen gaan bewonderen, komt ze met een duidelijke ja. “Ik zou zeker ooit graag een eigen project willen doen. Dat is absoluut een ambitie van me, maar het zou wel naast RONDÉ komen, want dat blijft het belangrijkste voor me. Maar het lijkt me wel leuk om dan wat andere stijlen uit te proberen die misschien niet zo goed passen bij RONDÉ. Ik vind het sowieso belangrijk om niet stil te staan als artiest. Niemand zit te wachten op een artiest die elke dag dezelfde plaat uitbrengt. Dingen veranderen, dingen groeien, ‘the world doesn’t stop for anyone and neither does the music’. Ik wil vooral graag blijven groeien.”
Plannen
Nu corona het eindelijk weer toelaat, is de agenda van RONDÉ bomvol. “We beginnen met onze clubtour die eind maart van start gaat, daarna hebben we een behoorlijk aantal festivals op de planning staan.” Van de al bevestigde festivals waar RONDÉ te bewonderen zal zijn, kijkt Rikki het meeste uit naar Concert At Sea, Dauwpop en Central Park. “Hoe erg ik toeren heb gemist op een schaal van 1 tot 100? 110. Het is gewoon enorm bijzonder om iets waar je samen zo hard aan hebt gewerkt te mogen delen met zo veel mensen. Het blijft elke keer zo’n geweldige ervaring.” Ook kijkt RONDÉ uit naar het uitbrengen van nieuwe muziek. Rikki mag nog niet al te veel uit de doeken doen over nieuw materiaal, maar wel geeft ze aan dat er zeker meer ‘recht voor zijn raap’-songs klaarliggen en dat we daar niet al te lang meer op hoeven wachten.