Mijn Pintje

{transcribed by Adri Verhoef, 11-10-1998}

Den dag van vandaag gaat alles toch zo rap, ne mens in mijn situatie,
mee een schoene vrouw en drei kinders, die heeft toch zo weinig tijd
om ne keer over alles te peinzen, maar elken avond tussen den tien en den elven,
gaik in mijnen zetel zitten mee een pintje bier en mee een sigaretje,
en dan peins ik in mijn eigene: Waar loopt iedereen naartoe?

Den ene pakt naar links
En den andere pakt naar rechts
En den ene pakt de macht
En den andere pakt de fles

[chorus]:
Maar daar es 1 ding da'k geirne zie en dat 1 ding dat pakken ze nie!
O mijn pintje, o mijn schoon pintje,
Ge kunt pakken wa ge wil, maar ik, ik pak mijn pintje
Ge kunt pakken wa ge wil, maar ik, ik pak mijn pintje

En we zijn allemaal wel ne keer alliene, en den iene wordt daardoor sterk
en den anderen zwak, en 't is diene sterken, diene sterken die a pakt.
Maar komt naar hiere, en danst wat en zing wat en luister wat, totdat
g'heel diene buitenwereld vervalt, dan is 't alleen nog a eigen, a eigen
die telt

En den ene pakt al 't goe
En den andere pakt de nood
En den ene pakt het leven
En den andere pakt de dood

[chorus]

Maar ge kunt toch niet blijven drinken!
Er moet toch een andere oplossing zijn.
En waar ligt ze?
Bij de vrouwen?
Bij God?
Bij geld?
Bij 't verstand?
Bij 't geweld?

En den hemel pakt mijn ziel
En het werk, dat pakt mijn lijf
En de jaren pakken mijn kinders
En de eenzaamheid mijn wijf

[chorus]